COPD is verzamelnaam voor aandoeningen van de longen, een aantal voorbeelden hiervan zijn longemfyseem, chronische bronchitis of astma. Ieder van deze aandoeningen kent verschillende onderliggende oorzaken, maar de symptomen komen veelal overeen.
De belangrijkste symptomen zijn kortademigheid, benauwdheid en vermoeidheid. De juiste medicatie kan verlichting bieden, maar als er verder niks aan gedaan wordt nemen deze symptomen alleen maar verder toe. Maar wat valt er aan te doen?
Een gespecialiseerd longfysiotherapeut kan samen met u kijken waar u beperkingen vandaan komen, aan de hand hiervan kan een gepersonaliseerd trainingsprogramma gemaakt worden. Door te trainen kan de benauwdheid en kortademigheid afnemen. Daarnaast worden er ademhalingstechnieken aangeleerd waardoor u beter vat krijgt op uw kortademigheid.
Doordat dat u sterker wordt zal u merken dat de vermoeidheid afneemt.
Zo’n trainingsprogramma hoeft niet ingewikkeld te zijn en kan al bestaan uit 3 keer 5 keer achter elkaar opstaan en zitten en te proberen 20 tot 30 minuten per dag te wandelen of fietsen (met zo min mogelijk ondersteuning op de elektrische fiets). Het belangrijkste is dat u lichamelijk actiever wordt en leert uw grenzen te verleggen. Juist bij het stukje verleggen van de grenzen kan begeleiding van een fysiotherapeut fijn zijn omdat de benauwdheid u onzeker kan maken.
COPD wordt vergoed uit de basisverzekering, dat houd in dat er los van het eigen risico geen kosten voor rekening van u komen. Voor COPD geld een vergoedingssysteem aan de hand van de klasse waarin een patiënt is ingedeeld.
Klasse A: 5 behandelingen in jaar 1 (12 maanden)
Klasse B1: 27 behandelingen in jaar 1 (12 maanden) en 3 behandelingen per jaar vanaf jaar 2
Klasse B2, C en D: 70 behandelingen in jaar 1 (12 maanden) en 52 behandelingen per jaar vanaf jaar 2
Uw huisarts of longarts bepaald in welke klasse u valt. Dit is afhankelijk van uw longfunctie en het aantal longaanvallen wat u heeft gehad in het afgelopen jaar.